Tot de afwas ons scheidt: na 200 jaar feminisme blijft het huishouden vooral vrouwenwerk

Zes uur per week. Zoveel tijd besteedt een Belgische vrouw meer aan het huishouden dan haar (mannelijke) partner. Tel daar nog de twee uur bij die moeders wekelijks meer besteden aan zorgtaken, en je hebt een volle – onbetaalde – werkdag. Naar aanleiding van moederdag, onderschrijven TOR-onderzoekers Ignace Glorieux en Francisca Mullens in Knack Weekend de werklast die moeders anno 2021 te beurt valt. Ze geven toelichting bij de vastgelopen revolutie, de impact van kinderen en het culturele mandaat van vrouwen. 

 

‘Een moeder die elke dag de kinderen ophaalt, dat is vanzelfsprekend, een vader die dat doet, krijgt schouderklopjes’ – Ignace Glorieux

Het is inderdaad veel werk, zo blijkt uit het tijdsbestedingsonderzoek aan de VUB. Vrouwen besteden vandaag gemiddeld zes uur per week meer aan huishoudelijk werk en twee uur en twintig minuten per week meer aan zorg dan mannen. Vrouwen hebben daardoor bijna zeven uur minder vrije tijd dan mannen. Het zijn dan wel gemiddelden, maar drie op de vier Belgen hebben zo’n genderstereotiepe tijdsbesteding.

‘Die cijfers zijn de laatste decennia niet dramatisch veranderd.’ zegt Ignace Glorieux. ‘Tussen de jaren zestig en negentig zien we dat het aantal uren dat vrouwen besteden aan huiswerk stevig daalt, maar de laatste decennia is die daling niet meer spectaculair. Als het nog vermindert, komt dat door technologie, meer gemaksvoedsel en restaurantbezoek, huishoudhulp en veranderende normen. Mijn moeder poetste elke week de ramen, in mijn gezin gebeurt dat maar drie keer per jaar. Mannen doen vandaag een klein beetje meer dan hun grootvaders, maar het verschil met vrouwen blijft enorm. Het lijkt op een vastgelopen revolutie en ik ben oprecht verwonderd dat vrouwen die ongelijkheid blijven aanvaarden.’ Er gaapt ook een diepe kloof tussen wat mensen denken en vertellen en wat ze werkelijk doen, weet Glorieux. ‘Veel mannen vinden dat ze wel degelijk hun deel van het huishouden doen, maar de cijfers vertellen een ander verhaal. Bovendien meet het tijdsonderzoek alleen de effectieve uren werk, niet het denkwerk en de organisatie die een huishouden vlot doen lopen.’

‘We lijken in een maatschappij te leven waarin iedereen vrij te kiezen heeft uit een hele waaier aan mogelijkheden. Maar dat is relatief als de opvoeding, de school en onze sociale omgeving ons voortdurend laten voelen hoe we ons moeten gedragen als man of vrouw. Soms openlijk, maar ook subtiel. Zo subtiel dat de rolpatronen op het gebied van zorg en huishouden diep ingesleten lijken, en het als een soort tweede natuur aanvoelt. Een moeder die elke dag de kinderen ophaalt, dat is vanzelfsprekend, een vader die dat doet, krijgt schouderklopjes.’ zegt Glorieux.

 

‘Feministen hebben er een tijd voor geijverd om het onbetaald werk van vrouwen meer naar waarde te schatten, maar dat is tot op vandaag niet gelukt.’ – Franne Mullens

Koppels verdelen het werk iets eerlijker voor er kinderen zijn, vertelt Glorieux, daarna zien we een verschuiving terug naar de traditionele rolpatronen.’ En de ongelijkheid is niet alleen een kwestie van werkuren, vertelt Glorieux. ‘Hannah Arendt maakte het onderscheid tussen werk en arbeid. Dat laatste zijn vervelende, repetitieve, weinig zichtbare taken die niet veel voldoening geven. Taken die nooit klaar zijn ook, zoals poetsen en de was doen. Werk kan ook leuk zijn, duidelijk zichtbaar en iets waarvoor je schouderklopjes krijgt. Het gras maaien of een tuinhuis schilderen bijvoorbeeld. Of koken, zeker als het publiek is, zoals op een barbecue. We zien dat vrouwen vooral arbeid doen en mannen meer werk.’

‘Toen Femma vzw voor al haar werknemers een dertigurenweek invoerde, vroegen ze aan ons om het effect daarvan te onderzoeken. Zes uur minder betaald werk betekende gemiddeld zo’n anderhalf uur meer vrije tijd, en viereneenhalf uur onbetaald werk in de vorm van huishouden, kinder- en mantelzorg. Sommige vrouwen vonden dat jammer, andere vonden het wel fijn om meer tijd te kunnen nemen voor bepaalde taken in huis of voor zorg voor de kinderen. Dat laatste is ook de reden die vrouwen geven als ze deeltijds gaan werken.’ zegt onderzoeker Franne Mullens.

‘Feministen hebben er een tijd voor geijverd om het onbetaald werk van vrouwen meer naar waarde te schatten, maar dat is tot op vandaag niet gelukt. Toen vrouwen massaal uit werken gingen, hebben ze zich in het bestaande neoliberale systeem geplooid. Alleen, dat werkt eigenlijk niet. Tweeverdieners die allebei een 40-urenweek presteren, kunnen niet om halfvier aan de schoolpoort staan. En omdat zorg het mandaat van vrouwen is en ze vaak minder verdienen, werkt 42 procent van hen deeltijds, tegenover maar 11 procent van de mannen. Zelfs jonge vrouwen zien dat culturele mandaat als een gegeven waaraan niet te tornen valt.’ aldus Mullens.

Lees het volledige artikel hier.