De september blues: na de vrije zomer, het keurslijf van de routine

September, de maand waarin elke dag als een maandag voelt. Ze symboliseert vooral een overgang, waarbij de zomer een herinnering wordt en we de dagelijkse routine weer omarmen. Terug naar school, terug naar het werk, terug naar ons vertrouwde ritme. In De Standaard bespreekt Theun Pieter van Tienoven de impact van deze tijd van het jaar vanuit zijn ritmiek.

 

schermafbeelding-2017-09-06-om-10-10-12September heeft eenzelfde impact op het jaar als de maandag op de week, besluit van Tienoven. ‘Op maandag moeten we alles weer in het gareel krijgen: onze slaap, opstaan, ordelijk werken, de afspraken nakomen. Dat houden we amper vol tot vrijdag: vandaar het gevoel “Thank god it’s friday”. Het weekend is voor ons het hoogtepunt, waarin we loskomen van het normale, maar op zondagavond moeten we ons alweer voorbereiden op een nieuwe maandag.’

Zo heeft ook het jaar zijn ritme. We werken naar de zomer toe. Dat is het seizoen waarin we in rust gaan, van het zonlicht genieten, uit ons keurslijf treden. Het ritme is vrijer en dat vinden we fijn. In september moeten we weer een keurslijf aan en dat ervaren we als een terugkeer naar de sleur.

Toch zijn veel mensen tevredener om weer bij de kudde aan te sluiten dan ze laten blijken, denkt van Tienoven. De meeste mensen kunnen een leven zonder duidelijke structuur niet lang volhouden. Daarom zuchten ze openlijk over de terugkeer naar de saaie routine, maar zijn ze eigenlijk opgelucht. ‘Neem jonge ouders: voor hen is de zomer het grootste drama, want ze verliezen ten dele hun kinderopvang, de school, en moeten hun werk combineren met meer zorg voor de kinderen. Voor hen is september een bevrijding. Of neem die mensen die geen mooie, verre reis kunnen ondernemen. Voor hen is de zomer een periode waarin hun vrienden weg zijn en de televisie niets te bieden heeft. Voor hen begint het leven opnieuw in september.’

Lees het volledige artikel hier na.