Strijken moet wijken

Strijkt u nog wel eens een zakdoek of een T-shirt? Veel kans dat u ze niet meer strijkt. We besteden strijken vaker uit via dienstencheques. Of we laten de kreuken gewoon zitten. Strijken sterft een stille dood als huishoudelijk karwei, zo blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit Brussel. Nog minder dan de helft van alle vrouwen steekt er zelf tijd in, lichtte Theun Pieter van Tienoven toe in De Standaard en Het Nieuwsblad.

1.350 Vlamingen tussen de 18 en 75 jaar hielden voor dat onderzoek een week lang al hun activiteiten bij in een notitieboekje. Die gegevens werden dan vergeleken met 1999 en 2004. In 1999 hield 62 procent van alle vrouwen zich met strijken bezig op weekdagen, voor gemiddeld 1 uur en 18 minuten per week. Bij de laatste meting is dat gezakt tot 49 procent, die gemiddeld 56 minuten strijkt. “Vrouwen hebben er gewoon geen tijd meer voor, omdat ze veel meer dan vroeger ook een voltijdse job hebben”, zegt van Tienoven. De daling tekent zich nog scherper af bij vrouwen die het drukst bezig zijn met hun job: in de leeftijdsgroep 25 tot 39 daalt het percentage van 65 naar 42 procent.

“Minder vrouwen strijken, mannen nemen het niet over”

Mannen nemen niet massaal het strijkwerk over van hun vrouw. “Mannen streken in 1999 al niet en doen dat nu nog altijd niet”, zegt van Tienoven. “Eén man op de vijftien die er zich mee bezighoudt”. Geen wonder dus dat strijkateliers het zo goed doen.

Recent, wijdde ook prof. Ignace Glorieux in De Morgen uit over de veranderingen op vlak van huishoudelijk werk en de rol van de vrouw.“Er is een duidelijke verschuiving, maar het is nog geen aardverschuiving. Veel dingen zitten nog diep geworteld en we mogen niet vergeten dat een vrouw gemiddeld nog altijd 6 uur per week minder vrije tijd heeft dan een man. We zien wel positieve signalen. Maar de druk bij vrouwen is nog altijd bijzonder groot. Het zijn de mannen die wat meer zouden mogen doen.”