Onder Ons? Een onderzoek naar de bereidheid tot interetnisch contact bij jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst in Antwerpen en Gent

In superdiverse steden zoals Antwerpen en Gent is het belang van vreedzaam en constructief samenleven tussen verschillende etnische groepen met elk hun culturele eigenheid groot. In een recent gepubliceerd artikel werd aan de hand van de Grootstedelijke Jeugdmonitor (2012) nagegaan in welke mate jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst tussen de 14 en 18 jaar bereid zijn om bepaalde gradaties van relaties/contact aan te gaan met andere etnische “minderheids”groepen.

In een eerste instantie tonen de beschrijvende resultaten duidelijk dat sociale en culturele afstanden ten opzichte van andere etnische groepen voor jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst, maar ook autochtone herkomst (die in dit onderzoek fungeren als controlegroep) in Antwerpen en Gent groot zijn. Daarbij tekent zich een gelijkaardige rangorde af wat de etnische groepen betreft waarmee men (geen) contact wil. De meest gesloten houding vinden we ten opzichte van Bulgaren, Polen, Roma en Koerden. Naast de eigen herkomstgroep staan de jongeren het meest open om sterke bindingen (vriendschap, huwen) aan te gaan met de traditionele migrantengroepen zoals Italianen en migranten uit buurlanden. Voor jongeren van de Marokkaanse herkomstgroep gaat de voorkeur naar Afrikanen en voor jongeren van Turkse herkomst Aziaten. Opvallend is ook de bijzondere status van het huwen buiten de eigen herkomstgroep om, die voor alle jongeren de grootste drempel vormt.

Hoewel voor de beschrijvende analyses geen sterke verschillen worden gevonden in de bereidheid tot interetnische relaties tussen jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst, tonen de verklarende analyses wel duidelijke verschillen na controle voor gender, het subjectief gezinsinkomen, het opleidingsniveau van de ouders en de gevolgde onderwijsvorm. Jongeren van Turkse herkomst staan over het algemeen iets minder open om interetnische relaties en contacten aan te gaan met andere herkomstgroepen (in vergelijking met jongeren van Marokkaanse herkomst). Dit verschil is een mogelijke manifestatie van de meer collectivistisch georiënteerde Turkse gemeenschap (waarbinnen vooral intra-etnische bindingen hecht zijn) en de meer individualistische oriëntatie binnen de Marokkaanse gemeenschap. Deze interpretatie wordt ook ondersteund, aangezien de resultaten aantonen dat voor jongeren van Marokkaanse herkomst vooral het aspect van de verworven status (i.e., de gevolgde onderwijsvorm) bepalend is in het verklaren van de bereidheid tot interetnische bindingen. Voor jongeren van Turkse herkomst bepaalt vooral een kenmerk van de toegeschreven status (i.e., het opleidingsniveau van de ouders) het verschil. Die observatie sluit goed aan bij de interpretatie dat de Turkse herkomstgroep in de literatuur wordt voorgesteld als ‘collectivistischer’ en intern meer verbonden en daarenboven in het bezit is van een sterke Turkse (nationale) identiteit. Dat is mede het gevolg door de manier waarop de Turkse staat (en president) sterk inspeelt op het onderhouden van een wederzijdse band en betrokkenheid met haar Turkse diaspora wereldwijd. Dit werd bijvoorbeeld ook duidelijk met het referendum voor de Turkse grondwetswijziging en machtsuitbreiding van de Turkse president Erdogan in 2017. Het is mogelijk dat als gevolg van de sterke samenhorigheid, de bereidheid (en/of de nood) om relaties en contacten aan te gaan buiten de eigen herkomstgroep afzwakt. Daartegenover wordt de Marokkaanse herkomstgroep niet gekenmerkt door een dergelijke interne verbondenheid of eengemaakte nationale identiteit aangezien er interne etnisch-culturele verschillen bestaan in Marokko tussen Berbers en Arabieren (vereenvoudigd onderscheid), die elk hun eigen taal, alfabet, gebruiken en tradities bezitten.

Over het algemeen tonen de resultaten dat jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst, maar ook autochtone herkomst slechts in beperkte mate bereid zijn om interetnisch contact aan te gaan met andere bevolkingsgroepen en dat de sociale afstanden tussen jongeren van een verschillende etnische herkomsten in steden als Antwerpen en Gent groot blijven.

Het samenleven in een superdiverse samenleving, blijft helaas nog te veel naast elkaar leven.

 

Gebaseerd op het artikel:

Mastari, L., B. Spruyt (2018). Onder Ons? Een onderzoek naar de bereidheid tot contacten met diverse etnische groepen bij jongeren van Marokkaanse en Turkse herkomst in Antwerpen en Gent. Tijdschrift voor jeugd en kinderrechten, 2, 165-183

Lees het volledige artikel hier:

https://www.jurisquare.be/nl/journal/tjk/2018-2/onder-ons-een-onderzoek-naar-de-bereidheid-tot-contacten-met-diverse-etnische-groepen-bij-jongeren-v/index.html#page/165/search/